Nederlanders later met AOW
Na de Tweede Kamer is ook de Eerste Kamer akkoord gegaan met dit wetsvoorstel van minister Henk Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Met de parlementaire goedkeuring komt er een eind aan het tijdperk dat de pensioengerechtigde leeftijd 65 jaar was. Sinds de invoering van de Algemene Ouderdomswet, in 1957, bleef deze leeftijdsgrens onveranderd. Minister Kamp spreekt van ‘een historisch besluit, dat de houdbaarheid van de AOW verbetert. Daardoor kunnen gepensioneerden van de toekomst, net als gepensioneerden van nu, blijven rekenen op AOW.’
In 2013 krijgen Nederlanders een maand later recht op AOW, in 2014 weer een maand later en in 2015 nog eens een maand later. In 2016, 2017 en 2018 stijgt de AOW-leeftijd jaarlijks verder met 2 maanden; daarna met 3 maanden. In 2023 is de pensioengerechtigde leeftijd dan 67 jaar. Vanaf 2024 zal de AOW-leeftijd op gezette tijden worden aangepast aan de toekomstige ontwikkeling van de levensverwachting.
De Pensioenfederatie pleit ervoor dat alle deelnemers en slapers bij een pensioenfonds vanaf 2013 de mogelijkheid krijgen om het ouderdomspensioen uit te stellen tot de AOW-gerechtigde leeftijd. Dit zei algemeen directeur Gerard Riemen van de Pensioenfederatie in de Eerste Kamer tijdens de informatiebijeenkomst over de Wet Verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd. Volgens Riemen is de (stapsgewijs verhoogde) AOW-gerechtigde leeftijd het nieuwe ijkpunt waarop in de toekomst met pensioen wordt gegaan. “Dit betekent concreet dat de huidige fiscale eis dat pensioenuitstel alleen mogelijk is wanneer iemand doorwerkt, komt te vervallen.”
Verder pleit Riemen ervoor dat pensioenfondsen de bevoegdheid moeten hebben om aanvullend pensioen actuarieel neutraal om te rekenen naar de nieuwe pensioenrichtleeftijd. Ook zou het Witteveenkader niet extra beperkt moeten worden omdat daardoor uitsluitend jongeren worden benadeeld. Ook heeft de Wet Verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd forse consequenties voor de uitvoering van de tweede pijler en daarmee gepaarde kosten. Wel is de Pensioenfederatie verheugd dat het Witteveenkader in één keer wordt aangepast per 1 januari 2014.
“Het aanpassen van de pensioenadministratie kost tijd. Daarom is het van belang dat de parlementaire behandeling zo snel mogelijk wordt afgerond, zodat de fondsen weten waar ze aan toe zijn”, aldus Riemen.
Bronnen: Ministerie SZW, VVP, 11-07-2012