Hypotheekrente: Hoe wordt die bepaald?

Het is je vast niet ontgaan: de hypotheekrente is nu historisch laag. Maar hoe zit dat nu eigenlijk, welke factoren bepalen de hoogte van deze rente?

Hypotheekverstrekkers zijn in principe vrij om zelf de hoogte van de hypotheekrente te bepalen. Er spelen natuurlijk wel een aantal zaken mee. Hieronder een overzicht van de belangrijkste punten.

1. De inkoopprijs

Om geld uit te kunnen lenen moeten banken geld ‘inkopen’. Dat doen ze bij spaarders, investeerders, andere banken en bij de centrale banken van Nederland  en Europa. De banken betalen voor dit geld rente. Hoe hoger die rente, hoe duurder het geld voor de bank. Dit zie je terug in hogere hypotheekrentes.

De centrale banken verlagen meestal de rente als het slecht gaat met de economie. Dan wordt het geld goedkoper en is het voor bedrijven makkelijker om te investeren en mensen aan banen te helpen. Zo hopen de centrale banken ervoor te zorgen dat een economische crisis snel voorbij gaat. Door die dalende rente zijn ook de banken goedkoper uit en daalt de hypotheekrente. Gaat het na een tijdje weer beter met de economie, dan zullen de centrale banken de rente weer stapsgewijs verhogen. De hypotheekrente zal dan ook weer omhoog gaan.

2. Kosten voor hypotheekverstrekking

Hypotheekverstrekkers maken kosten voor het verstrekken van een hypotheek. Denk hierbij aan administratiekosten, huisvesting en computersystemen. Al deze kosten worden ook doorberekend in de hoogte van de hypotheekrente.

3. Risico: hypotheek versus woningwaarde

De hoogte van de rente hangt ook af van hoeveel risico de hypotheekverstrekker loopt dat jij het geleende geld niet terug betaalt. Dat risico wordt groter naarmate je meer leent ten opzichte van je woningwaarde. Wil je méér lenen dan een bepaald percentage van de woningwaarde? Houd er dan rekening mee dat je meer rente betaalt. De hypotheekverstrekker loopt dan immers meer risico dan wanneer je leenbedrag gelijk is aan óf lager is dan de woningwaarde.

Sluit je een hypotheek met NHG af? Dan loopt de verstrekker nauwelijks risico. Dit betekent dat je vaak in aanmerking komt voor rentekorting, dat kan oplopen tot zo’n 0,7%. Als klant moet je dan wel eenmalig borgstellingspremie betalen voor de NHG. In 2015 is dit 1% over het totale hypotheekbedrag.

Extra rentekorting

Daarbij zijn er nog andere keuzes die je kunt maken waardoor je rentekorting kunt krijgen. Kies je er bijvoorbeeld voor dat je niet boetevrij kunt aflossen als je gaat verhuizen? Dan kun je vaak een lagere rente krijgen. Kies je wel voor de mogelijkheid tot boetevrij aflossen? Dan betaal je wellicht hogere rente. Zo zijn er nog veel meer van dit soort voorbeelden.

4. Opslag voor het niet kunnen beschikken over het uitgeleende geld

Zodra een bank geld uitleent in de vorm van een hypotheek, kan de bank daar gedurende de looptijd van de hypotheek niet over beschikken. Hiervoor zal de bank een vergoeding wensen. Hierbij geldt dat de vergoeding normaal gesproken hoger wordt als de hypotheek langer loopt. Op het moment dat je de hypotheekrentes gaat vergelijken kunt je dat ook zien. Hoe langer de rentevaste periode, des te hoger de rente.

5. Winstopslag

Hypotheekverstrekkers zijn commerciële bedrijven en willen winst maken, ook op hypotheken. Daarom rekenen ze zogenaamde winstopslag in. Hoe hoog deze opslag is, hangt af van de situatie op de markt. Bij veel concurrentie kun je verwachten dat de winstopslag (en daarmee rente) lager wordt, op momenten dat er minder concurrentie is zal de winstopslag (en daarmee rente) juist hoger worden.